لا يسال عما يفعل وهم يسالون ٢٣
لَا يُسْـَٔلُ عَمَّا يَفْعَلُ وَهُمْ يُسْـَٔلُونَ ٢٣

٢٣

Hij kan niet over Zijn handelen ondervraagd worden, terwijt zij wel ondervraagd worden.
Notes placeholders