٧٤

En (gedenkt) toen lbrahim tot zijn vader Azar zei: "Neem jij afgodsbeelden tot goden? Voorwaar, ik zie dat jij en jouw volk duidelijk in dwaling verkeren."
٧٥
En zo lieten Wij lbrahim het koninkrijk der hemelen en der aarde zien opdat hij tot de overtuigden zou behoren.
Notes placeholders